Opgave Keringen

Portefeuillehouder: Frank Jorna

Terug naar navigatie - Actuele ontwikkelingen en trends

De omvang van het landelijke dijkversterkingsprogramma wordt groter dan gedacht; er moeten meer kilometers worden versterkt dan gepland. Dit maakt dat er op landelijk niveau bestuurlijke keuzes nodig zijn met mogelijke gevolgen voor de planning en de financiering. Een andere ontwikkeling is dat de budgetten voor de planuitwerking van de HWBP projecten bij Koehool-Lauwersmeer onder druk staan. We analyseren de ontwikkelingen en de mogelijkheden om hierop bij te sturen.

Voortgang beleidsmaatregelen

Terug naar navigatie - Voortgang beleidsmaatregelen

In onderstaande tabel zijn alle maatregelen uit de begroting 2023 opgenomen en wordt de voortgang weergegeven. Daar waar de voortgang achterblijft (oranje of rood), wordt een toelichting gegeven. 

Maatregel begroting 2023 Voortgang bij VR 2
Rapportage zorgplicht 2022 is klaar voor 1 mei 2023 Oranje
Memo Klaar voor het stormseizoen is klaar voor 15 december 2023 Groen
Plan van aanpak beoordelingscyclus 2023-2035 voor de zomer door DB vastgesteld Rood
Dijkversterking Koehool- Lauwersmeer Oranje
Uitwerkingsvooorstel overdracht primaire waterkeringen Waddeneilanden Groen
Strategie grondbalans dijkversterking KLM Groen
Strategie Werken in Natura2000 dijkversterking KLM Oranje
Uitwerking integraal uitvoeringsplan infrastructuur Harlingen Groen
Programma IJsselmeerkust verkennen maatschappelijke initiatieven Groen
Verbeteren 30 km regionale keringen(vh BM) Groen

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Beheer en onderhoud van dijken

Terug naar navigatie - Beheer en onderhoud van dijken

Dijken, duinen, sluizen, gemalen, uitwateringsduikers en inlaten langs de Noordzee, Waddenzee en het IJsselmeer moeten veilig zijn voor in het stormseizoen dat op 1 oktober begint. Alle werkzaamheden die daarvoor nodig zijn, vallen onder onze ‘instandshoudingsopgave’ en zijn onderdeel van onze zorgplicht. Zo herstellen we eventuele schade aan de dijk na het stormseizoen. Denk aan het herstellen van slechte delen van de asfaltglooiing. Verder onderhouden we de dijk door het beweiden met schapen. Ook houden we de graszoden op de dijk in goede staat.

We inspecteren de keringen volgens ons inspectieplan. Eventuele onvolkomenheden leggen we vast. Ook bepalen we wanneer herstel moet plaatsvinden. Daarbij maken we een afweging aan de hand van urgentie en risico’s. Voordat het stormseizoen begint, testen we de sluitingsprotocollen voor de 
kunstwerken in de praktijk. Ook actualiseren we de bestrijdingsplannen voor hoogwater en controleren we het dijkbewakingsmaterieel en de hoeveelheden noodmaterialen. Voldoet de waterkering niet meer aan de normen, dan nemen we voorlopige maatregelen tot we de waterkering structureel kunnen verbeteren. Als onderdeel van de opgave assetmanagement werken we continue aan het op orde krijgen én houden van ons (digitale) datamanagementsysteem.

De dijk krijgt steeds vaker ook een publieke functie. Door deze ontwikkeling hebben we vaker overleg met initiatiefnemers van activiteiten. We staan dit vaak toe mits de activiteit geen gevolgen heeft voor de veiligheid, het beheer en/of onderhoud van de dijk, het geen commerciële activiteit is en de onderhoudskosten niet toenemen.

Wat gaan we daar voor doen?

Beoordeling waterveiligheid primaire waterkeringen

Terug naar navigatie - Beoordeling waterveiligheid primaire waterkeringen

Als beheerder beoordelen we of onze primaire waterkeringen voldoen aan de geldende veiligheidseisen. De beoordeling is onderdeel van de wettelijke zorgplicht. We zorgen ervoor dat we de primaire waterkeringen tijdig aanpassen aan nieuwe technische inzichten of aan veranderende klimaatomstandigheden. De Omgevingswet vereist continu inzicht in de overstromingsrisico's van de primaire keringen. Elke 12 jaar moeten we een beoordeling uit hebben gevoerd. In 2022 is de vorige cyclus afgerond. Vanaf 2023 start de volgende beoordelingscyclus van 12 jaar die tot 2035 gaat lopen.

Wat gaan we daar voor doen?

Planuitwerking dijkversterking Koehool- Lauwersmeer

Terug naar navigatie - Planuitwerking dijkversterking Koehool- Lauwersmeer

Het traject Koehool – Lauwersmeer is 47 kilometer lang. De totale kosten zijn geraamd op zo’n € 300 miljoen. Voor de planuitwerkingsfase van het project Koehool-Lauwersmeer is één beschikking afgegeven. In december 2021 heeft het Algemeen Bestuur voor de gehele fase één krediet beschikbaar gesteld. Net als in de verkenningsfase, werken we in de planuitwerking gebiedsgericht. Samen met de gebiedspartners werken we aan een veilige dijk. Daarbij nemen we zoveel mogelijk koppelkansen in het project mee. De gebiedsinitiatieven die wij niet kunnen koppelen, krijgen later mogelijk een plek in het Fries Programma Waddenzee dat onder de regie van de provincie Fryslân staat.

Wat gaan we daar voor doen?

Exploitatie

Terug naar navigatie - Exploitatie
bedragen x € 1.000
Opgave Oorspronkelijke begroting 2023 Actuele begroting 2023 Wijziging begroting 2023 Nieuwe begroting 2023
Keringen 28.730 29.272 0 29.272
Eindtotaal 28.730 29.272 0 29.272

Toelichting op wijziging begroting 2023

De begroting voor de opgave Keringen hoeft niet te worden aangepast. 

Investeringen

Terug naar navigatie - Investeringen

 

In onderstaande tabel is de eindewerk-inschatting per project weergegeven. De eindewerk-inschatting is de prognose van de totale investeringskosten van een lopend project. De kosten van een project kunnen na verloop van tijd gaan afwijken van het vrijgegeven krediet, inclusief hetgeen is verwerkt aan afromingen en aanvullend krediet.

Lopende projecten

bedragen x € 1.000

  Toegekend krediet t/m rapportageperiode Eindewerkinschatting (EWI) Verschil
  Bruto (A) Netto (B) Bruto (C) Netto (D) Bruto (C-A) Netto (D-B)
Primaire Keringen 42.698 10.334 44.098 11.734 -1.400 -/-1.400
Regionale Keringen 36.324 30.691 34.508 30.584 1.816 107

 

Projecten met een onder- of overschrijding
De projecten met een afwijking op het krediet van meer dan € 100.000 of meer dan 5% worden aangegeven. Bij het vaststellen van de voortgangsrapportage wordt het krediet aangepast.

bedragen x € 1.000

  Krediet Eindewerkinschatting (EWI) Netto afwijking Toelichting
  Bruto Netto (A) Bruto Netto (B) € (B-A) in %  
PK- HWBP Koehool-Lauwersmeer planfase 27.475 3.353 28.475 4.535 1.000 28,2% A
PK-HWBP Dijk en Duinversterking Schiermonnikoog 6.380 930 6.780 1.330 400 43% B
RK-NVO Friese Meren 1.500 920 1.374 840 -/- 80 8,7% C

Toelichting op onder- of overschrijding

A. HWBP Koehool-Lauwersmeer planfase(overschrijding  € 1.000.000)
Het algemeen bestuur heeft in 2022 besloten om het interne omslagtarief (inclusief de opslag voor extra overhead) ook in 2024 door te rekenen aan de projecten. Dit tarief ligt hoger dan de gesubsidieerde bedragen vanuit het HWBP. Dit betekent dat er meer kosten doorbelast worden aan het project. Dit heeft een verwacht negatief effect van circa € 1.000.000 ten opzichte van de projectbegroting die ten grondslag lag aan de krediet aanvraag.

B. HWBP Dijk en Duinversterking Schiermonnikoog (overschrijding € 400.000)
Het algemeen bestuur heeft in 2022 besloten om het interne omslagtarief (inclusief de opslag voor extra overhead) ook in 2024 door te rekenen aan de projecten. Dit tarief ligt hoger dan de gesubsidieerde bedragen vanuit het HWBP. Dit betekent dat er meer kosten doorbelast worden aan het project. Dit heeft een verwacht negatief effect van circa € 400.000 ten opzichte van de projectbegroting die ten grondslag lag aan de krediet aanvraag.

C. Natuurvriendelijke oevers Friese meren (€ 80.000 onderschrijding)
Het project is inmiddels afgerond en de subsidie eindafrekening is ingediend. Als de eindafrekening  conform de verwachting beschikt gaat worden is de eindewerk inschatting €80.000 gunstiger dan het krediet.

 

Verstrekkingen

bedragen x € 1.000

   begroting 2023 Prognose 2 2023 Verschil
  Bruto (A) Netto (B) Bruto (C) Netto (D) Bruto (C-A) Netto (D-A)
Primaire Keringen 5.800 5.800 10.243 7.269 4.443 1.469
Regionale Keringen 13.921 10.850 13.471 10.831 -450 -19
Totaal 19.721 16.650 23.714 18.100 3.993 1.450

Toelichting op verstrekkingen

Primaire Keringen
De verwachte verstrekkingen aan netto investeringskredieten in 2023 zijn met € 69.000 verhoogd door het innovatieprojecten 'Kweldervegetatie en voorland' en continuering monitoring asfalt, dat valt onder het innovatiebudget van het HWBP. Deze projecten worden voor 100% vergoed worden door het HWBP.  Echter, doordat het interne tarief voor eigen personeel hoger ligt dan de tarieven waar HWBP subsidie voor verstrekt (Handleiding OverheidsTarieven (HOT) + tarieven),  is er sprake van een netto bijdrage .

Daarnaast is er € 1.400.000 extra krediet nodig voor de overschrijdingen bij de planuitwerking van de HWBP projecten Koehool Lauwersmeer en Dijk en duinversterking  Schiermonnikoog als gevolg van het AB besluit om het interne omslag tarief in 2024 nog niet te verlagen. Deze aanvullende kredietaanvraag kan gedekt worden uit de kredietreserve HWBP.

Krediet reserve HWBP
In de algemeen bestuur vergadering van 21 december 2021 is besloten een kredietreserve HWBP te vormen. Deze wordt gevoed met restantkrediet bedragen die op basis van de eindewerk-inschatting van HWBP-projecten kunnen vrijvallen. Na goedkeuring van het algemeen bestuur kan (een deel) van de kredietreserve HWBP ingezet worden voor een HWBP-investering, zonder dat dit leidt tot een toename van kapitaalslasten in de meerjaren exploitatiebegroting. Het vormen van deze kredietreserve kan ook gezien worden als een beheersmaatregel om risico’s binnen de HWBP-projecten in financiële zin te mitigeren. Conform het besluit wordt het algemeen bestuur middels de reguliere voortgangsrapportage over het verloop van de kredietreserve HWBP geïnformeerd.

Project Fase AB-Besluit Bedrag
Koehool-Lauwersmeer Verkenning 21-12-2021 950.000
Dijk- en duinversterking Schiermonnikoog Voorverkenning 21-12-2021 1.500.000
Koehool-Lauwersmeer Planfase 21-12-2021 -/-535.000
Dijk- en duinversterking Schiermonnikoog Verkenning 21-12-2021 -/-490.000
Lauwersmeerdijk Realisatie 31-05-2022 160.000
Innovatie Continuering monitoring asfalt Innovatie 20-02-2023 -/-9.000
Innnovatie Kwelder en voorland Innovatie 23-05-2023 -/-60.000
Saldo kredietreserve HWBP na VR1 2023     1.516.000
Voorgestelde onttrekking n.a.v. VR 2 (HWBP project KLM en Dijk en Duin Schiermonnikoog     1.400.000 
Saldo kredietreserve HWBP na voorgenomen AB-Besluit     € 116.000

 

Risico's

Terug naar navigatie - Risico's

1. Geen ecologische ruimte om te werken in het Waddengebied. Hiervoor huren we externe juridische expertise in en we leggen contact met het Europees parlement. We stemmen met het Europees Parlement af welke speelruimte er is.  

2. Grip op grond. Ten behoeve van de Dijkversterkingsprojecten hebben we een grote hoeveelheid geschikte grond nodig. Er is een opdracht verstrekt binnen het programma HWBP om beleid op te formuleren om actief geschikte grond te verwerven, wat beschikbaar komt en om hiervoor een depot op te richten. Mocht dit niet lukken dan zal er "dure grond" elders verworven worden kan dit leiden tot extra transportbewegingen.  

3. De bruidsschat voor de overdracht (zanderige) keringen Waddeneilanden is onvoldoende en de kwaliteit van de dijken valt tegen. 

Er loopt op dit moment een traject met Rijkswaterstaat wat moet borgen dat de overdracht onder acceptabele (financiële) condities gaat gebeuren. (zie beleidsmaatregel 3), anders zullen de structurele instandhoudingskosten  in de toekomst toenemen. 

4. Landelijk Programma staat onder druk. Op basis van de eerste informatie uit het programmeringsproces lijkt er sprake te zijn van een forse toename van de opgaven van het landelijke HWBP programma zowel in scope (= aantal km) als in geld (gemiddelde prijs per km). Daardoor dreigt de te realiseren opgaven niet binnen de huidige bestuurlijke vastgestelde kaders (tijd en geld) door de alliantie (Rijk en alle waterschappen) van het HWBP. Als uit nader onderzoek blijkt dat de opgave inderdaad ca 1.800 km bedraagt in plaats van 1.500 km en de gemiddelde realisatie waarde per km ook richting de € 10 miljoen gaat in plaats van € 7 miljoen kan dit invloed hebben op programmering van onze projecten. De landelijke programmering wordt in oktober weer geactualiseerd.                                                                                            

Daarnaast  zullen er binnen afzienbare tijd besluiten op bestuurlijk niveau genomen moeten gaan worden. Houden we als alliantie 2050 aan als einddatum, dan zullen de bedragen die ingelegd moeten gaan worden door de alliantiepartners – en WF - verhoogd moeten gaan worden. Schuiven we datum 2050 naar achteren, dan komt de eigen WF programmering mogelijk op losse schroeven te staan.