Jaarrekening - Exploitatie

De beleidsproducten vormen onderdeel van de landelijke Beleids- en BeheerProces bij waterschappen (BBP) zoals die binnen alle waterschappen worden gebruikt. 

Tijdens het uitvoeren van het beleid geldt de hoofdregel dat het algemeen bestuur (beleidsmatige en/of financiële) budgetoverschrijdingen autoriseert. Het dagelijks bestuur legt begrotingswijzigingen ter autorisatie vooraf voor aan het algemeen bestuur. Hiermee vraagt het dagelijks bestuur toestemming voor het te realiseren beleid en de besteding van het benodigde bedrag. Het dagelijks bestuur is bevoegd zonder toestemming vooraf van het algemeen bestuur de netto-kosten van een programma met 5% te overschrijden (met een maximum van € 500.000). De inzet van de financiële middelen moet in dat geval wel passen binnen het vastgestelde beleid. Ook moet het dagelijks bestuur de hiervoor benodigde financiële ruimte elders binnen de begroting kunnen vinden. Kortom de gewijzigde inzet van financiële middelen mag niet een uitzetting van de begroting tot gevolg hebben. Bovenstaande is vastgelegd in de verordening beleids- en verantwoordingsfunctie Wetterskip Fryslân ex art. 108 waterschapswet. Alleen als de omstandigheden een autorisatie vooraf niet mogelijk maken, moet het dagelijks bestuur achteraf een voorstel voor een begrotingswijziging voorleggen. Als het algemeen bestuur daarmee instemt, is de besteding alsnog geautoriseerd.

Binnen opgave Waterveiligheid is een budgetoverschrijding ontstaan van € 339.000. Dit wordt volledig veroorzaakt door de centralisatie van de kosten voor overhead van € 940.000 naar opgave Bedrijfsvoering. Binnen het totale budget voor overhead in de opgave Bedrijfsvoering is er geen sprake van budgetoverschrijding. Bij opgave Waterketen bestaat de budgetoverschrijding van € 892.000 uit enerzijds een incidentele afboeking op projectkosten en anderzijds een nadeel op energiekosten. Deze budgetoverschrijdingen zijn passend binnen het vastgestelde beleid en kunnen gedekt worden binnen de totale begroting.

Het algemeen bestuur kan bepalen of er bestemmingsreserves worden gevormd vanuit het te bestemmen resultaat. Dit kan ook als er een negatief te bestemmen resultaat is. De te vormen bestemmingsreserves gaan dan direct ten laste van de algemene reserve. 

Belangrijk om hierbij in het oog te houden is de weerstandsratio. De bestemmingsreserves tellen immers niet mee in het weerstandsvermogen.
In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing is de weerstandsratio becijferd en komt deze, op basis van deze jaarrekening, ver boven de norm uit. Daarmee is er ten aanzien van het weerstandsvermogen geen belemmering om nieuwe bestemmingsreserves te vormen.